Natuur & Milieu op de Domburgsche                    GEO Certified

 

Algemeen

Committed to Green (CtG) is in 1994 ontstaan uit een initiatief van de EGA, de European Golf Association. De EGA besefte het belang van een goede omgang met natuur en milieu door de beheerders van golfbanen. Het programma gaf geen absolute normen aan, maar streefde naar een planmatig beheer van natuur en milieu op het golfterrein. De primaire functie, namelijk die van golfbaan, stond en staat daarbij niet ter discussie. 
 
Op de Domburgsche is de CtG-commissie in het voorjaar van 2008 aan de slag gegaan. De commissie stelt zich ten doel actief bij te dragen aan behoud en verbetering van de natuur en het milieu in en om de golfbaan. In december 2009 werd aan de Domburgsche het certificaat ‘Committed to Green’ verleend. Aansluitend heeft de club deelgenomen aan de door de NGF geïnitieerde verbreding van het certificaat naar een internationale standaard voor een verantwoorde omgang met natuur en milieu: die van de Golf Environment Organization. Daarop werd in september 2010 het GEO-certificaat aan de club uitgereikt. De GEO wordt internationaal erkend en gefinancierd door onder meer de European Tour, de EGA, de R&A of St. Andrews en de EGCOA. Een tiental landen heeft zich inmiddels bij de Golf Environment Organization aangesloten. Met meer dan honderd gecertificeerde GEO-golfbanen is Nederland de ‘Leading Nation’ van golflanden, die zich actief bewegen op het gebied van duurzaam natuur- en milieubeheer. 
 
Om het certificaat te kunnen behouden, wordt elke vijf jaar een herkeuring, een zogenaamde audit, uitgevoerd onder toezicht van de Golf Environment Organization. Hiervoor zijn in Nederland een vijftal verifiers aangewezen. Het bijhouden en verzamelen van alle gegevens op het gebied van natuur, water, energie, afvalstromen, ketenbeheer en communicatie en deze uitwerken in een rapport, waaraan dan weer nieuwe doelstellingen gekoppeld worden voor de volgende drie jaar, levert een heldere leidraad op. Daarmee kun je op alle terreinen zien waar de club zich bevindt en waar nog verbeteringen te behalen zijn. Behalve voor intern gebruik is het certificaat ook een goede binnenkomer bij de lokale overheden. Sinds wij in ons beleid net als zij ook aantoonbaar streven naar optimale duurzaamheid voor People, Planet en Profit, is het eenvoudiger om vergunningen te verkrijgen en in overleg te treden met natuur- en milieuorganisaties.
 
In de dagelijkse praktijk houdt de Commissie Committed to Green zich dus bezig met:
 
  • het inventariseren van de natuur op de baan, 
  •  het stimuleren van andere commissies, horeca, greenkeeping en secretariaat om zo duurzaam mogelijk te werken, 
  • het organiseren van een jaarlijkse ‘groene’ wedstrijd met Hemelvaart en de eveneens jaarlijkse Birdwatchingday.
  • het bijhouden van alle verbruiksgegevens en 
  • het realiseren van de doelstellingen.
 

Integrated Pest Management

Kort gemaaid gras is gevoelig voor ziektes, vooral schimmels, en golfbanen hebben zoals alle sportvelden ook te maken met onkruid. 
 
Met een door de overheid opgelegd totaalverbod of een beperkte toelating van gewasbeschermingsmiddelen op sportvelden moet het roer aangaande golfbaanonderhoud om. Het onderhoud zoals dat algemeen werd uitgevoerd in grasveldonderhoud was gebaseerd op symptoombestrijding (actie op reactie). Nu moeten we vooral zorgen voor stimulatie van de sterkere, meer weerbare grassoorten. We staan dus voor de uitdaging voorwaarden te creëren waarin deze grassoorten het beste kunnen groeien zonder dat we speelkwaliteit in moeten leveren. Een hele uitdaging voor de golfbranche.  
 
Via de registratie bij IPM (Integrated Pest Management) is het wettelijk toegestaan om onder bepaalde voorwaarden beperkt fungiciden en herbiciden te gebruiken. Op de Domburgsche worden sinds 2013 geen fungiciden meer gebruikt, alleen nog pleksgewijs herbiciden. Er is veel gedaan aan het verkrijgen van roodzwenk-dominante greens, een grassoort die zeer geschikt is voor de open, winderige omstandigheden aan de kust en daarom ook minder gevoelig voor aantastingen. Met zo weinig mogelijk water, mest en uitgebalanceerde onderhoudswerkzaamheden hebben we kans gezien om zonder fungicide een gezond ‘speelveld’ te krijgen met een aanvaarbare speelkwaliteit. Onkruid blijft echter wel een uitdaging voor de toekomst. 
 

Water

Het beleid t.a.v. beregening is zuinig en strikt: de greens gaan altijd voor, dan de tees, de surroundings en daarna pas de fairways. Deze laatsten mogen best geel worden. We maken gebruik van oppervlaktewater, wat op momenten dat een tekort dreigt wordt aangevuld en gemengd met grondwater. De gebieden buiten de spelonderdelen worden niet beregend. De installatie is in 2013 vernieuwd, uitgerust met dubbele rijen naar binnen gerichte fairwaysproeiers en aan te sturen per sproeikop.
 
Beregeningswater van geschikte kwaliteit is een nieuwe uitdaging, nu in de langere droogteperioden tekorten dreigen. Mocht de uitbreiding van de driving range in de toekomst doorgaan, dan is het zaak om daar een wateropvang in op te nemen. Je moet dan denken aan een bassin met een waterbergend vermogen van circa 20.000 m3. Dit water kunnen we dan voor de baan gaan gebruiken. 
 
Commissie Committed to Green samenstelling
  • Inge Boomsma (voorzitter) 
  • Titia Bosch van Rosenthal (lid, natuur-inventarisaties)
  • Gabriëlle Bertels (lid, verslagen)
  • Monique Manders (lid, clubhuiscommissie)
  • Dancker Bijleveld (lid)
  • Pollien van de Werff (lid, baancommissaris)
  • Arjen Bosschaart (adviseur)
 
Interessante links: